Blog Layout

Pulp Vision

NHFOOD • 20 oktober 2020

Voedingsvezels uit uienpulp

In het project Pulp Vision doen studenten van FICA samen met innovatieve ketenpartners onderzoek naar de toepassing van voedingsvezels uit uienpulp in levensmiddelen. Voedingsvezels hebben een positieve werking op de gezondheid maar komen in menig dieet te weinig voor. Als dit onderzoek succesvol is, vinden nieuwe toepassingen van vezels hun weg naar de markt en stijgt bovendien de waarde van de pulp, waardoor ondernemers een extra inkomstenbron hebben. Gezonde vezels worden zo beter benut. Het project draagt bij aan de circulaire economie.

Met onorthodoxe benaderingen kun je de meest fantastische producten maken: appeltaartbodems uit uienresten, wie had dat kunnen denken!

Feike van der Leij, projectleider Pulpvision

 

Uientelers en de verwerkende industrie hebben met kennisinstellingen een proces ontwikkeld om de grote hoeveelheid reststroom die bij de teelt en verwerking van uien te verwaarden. Deze reststroom is 0,5 miljoen ton per jaar, waarvan 70% bestaat uit vezelhoudende pulp. Het project Pulp Vision focust op de omzetting van die pulpfractie tot een hoogwaardig eindproduct voor de verrijking van levensmiddelen met voedingsvezels. 

In dit project doen de hogescholen Inholland (penvoerder vanuit de opleiding Food Commerce & Technology) en hogeschool Van Hall Larenstein (onder leiding van Eric de Bruin, lector Biobased proteins) samen met innovatieve ketenpartners onderzoek naar de toepassing van voedingsvezels uit uienpulp in levensmiddelen.

Voedingsvezels hebben een positieve werking op de gezondheid maar komen in menig dieet te weinig voor. Als dit onderzoek succesvol is, vinden nieuwe toepassingen van vezels hun weg naar de markt en stijgt bovendien de waarde van de pulp, waardoor ondernemers een extra inkomstenbron hebben. Gezonde vezels worden zo beter benut. Het project draagt bij aan de circulaire economie.


Aanpak


Binnen de opleiding Food Commerce & Technology in Delft en Amsterdam is veel expertise op het gebied van sensoriek (hoe smaakt eten), productontwikkeling (wat wil de markt, hoe bedenk je de beste antwoorden) en procestechnologie (hoe maak je het, hoe schaal je het op). Daarnaast moet voedsel altijd veilig zijn.

De docent-onderzoekers willen in samenwerking met studenten van de twee hogescholen en geholpen door experts van de mkb-partners en lectoren, in twee jaar tijd de eerste producten marktrijp maken. De onderzoeksvraag hoe uit vezelrijke pulp van uienresten toepasbare voedingsingrediënten kunnen worden ontwikkeld, wordt beantwoord in drie werkpakketten:

  • Werkpakket 1, Pure Pulp: opwerking van uienpulp tot voedingsingrediënt(en) met een hoog vezelgehalte en goede sensorische eigenschappen.
  • Werkpakket 2, Pulp to Product: het vaststellen van functionele specificaties van de ingrediënten en productontwikkeling voor toepassing van de ingrediënten in nieuwe (bakkerij)producten. 
  • Werkpakket 3, Pulp Safety: borging van de voedselveiligheid van de ontwikkelde ingrediënten.


Wat is het belang voor het onderwijs?


Dit project biedt volop kansen aan studenten om kennis te maken met praktijkgericht onderzoek. Het past daarmee goed in de visie dat onderzoekend leren bijna hetzelfde is als lerend onderzoeken.

Met netwerkorganisatie FICA (Food Innovation Community Amsterdam, door het Rijk bestempeld als een vorm van verduurzaming van het Centre of Expertise Food) zijn we sinds 2016 bezig ons onderwijs als een kenniswerkplaats vorm te geven. Studenten gaan werken in modules waar projecten met de daadwerkelijke vragen uit de buitenwereld beantwoord moeten worden. Alle tweedejaarsstudenten voeren Bedrijfsopdrachten uit.

In het vierde jaar werken studenten aan Green Junior projecten. Dit doen zij samen met mbo-studenten van Clusius College en Wellantcollege, en studenten van de Inholland-opleiding Creative Business en de opleidingen die vallen onder Business, Finance & Law. Deze constructie geeft bedrijven het jaarrond de mogelijkheid om studenten zo’n twee dagen per week mooie projecten voor hen te doen. Veel deelprojecten van Pulp Vision gaan we op die manier in ons onderwijs verwerken.


Hoe wordt het werkveld betrokken?


De samenwerkende bedrijven hebben expertiseterreinen waarin ze (inter)nationaal koploper zijn: uienproductie en verwerking (Gourmet en Wiskerke Onions); bioraffinage van plantaardige reststromen (Biorefinery Solutions), productontwikkeling van bakkerij-ingrediënten (NMK Esbaco en Vamo) en de designs die bij dergelijke concepten komen kijken (Fresh Monkeys). Ze bestrijken daarmee een specifiek deel van een voedselverwerkende en voedingsindustriële keten die begint met primaire productie en eindigt met toepassing en vermarkting van grondstoffen in met name de bakkerijbranche. FICA speelt een verbindende rol.


Wat is het (verwachte) resultaat?


De projectleiders verwachten allerlei nieuwe producten en toepassingen van de te winnen en op te zuiveren vezels die als bakkerij-ingrediënt hun weg kunnen vinden naar de afnemers. Daarbij komt dat verbeteringen van processen plaatsvinden in de aanloop naar deze ontwikkeling. Bij aanvang van het project is al gebleken dat een eenvoudige voorbewerkingen van de ene partner te koppelen aan de verwerking bij een andere partner.


De resultaten worden zowel binnen als buiten (FICAGreenport Noord-Holland NoordNH Food) de hogescholen uitgedragen. Het doel van FICA is het uitwisselen van kennis en kunde. Dit gebeurt volop op de FICA-events, die ook te bezoeken zijn door andere belangstellenden. Ook de onderzoeksgemeenschap in bredere zin (landelijk) zal met regelmaat worden bediend met informatie over wat het project voor het onderwijs betekent en wat voor resultaten daarmee kunnen worden bereikt. Dit zal op de reguliere gelegenheden gebeuren, zoals de DAS-conferentie van het Domein Applied Science en bijeenkomsten van andere lectorenplatforms zoals SIA Voedsel en Gezondheid. De deelnemende bedrijven zullen daarbij altijd eerst worden geconsulteerd.


Meer informatie via deze link 


Nieuws AGRIVIZIER

Wortelhappen © Foto Mediahuis/Judit de Redelijkheid
7 augustus 2024
Afgelopen maandag was de gemeente Opmeer opnieuw het bruisende middelpunt van de jaarlijkse Landbouwshow Opmeer. Op het uitgestrekte terrein van sportcomplex De Weyver werd voor de 113e keer een levendige mix van paardensport, veekeuringen en bijzondere shows gepresenteerd. Dit grootste agrarische evenement van Noord-Holland staat bekend als dé ontmoetingsdag voor professionals, bedrijven en particulieren. Dit jaar trok het debuut van het 'Wortelbos' de aandacht van jong en oud. Het Wortelbos, een innovatief concept ontwikkeld en uitgevoerd door Annick Vrolijk voor de Provincie Noord-Holland en Greenport Noord-Holland Noord, zette kinderen op een speelse manier aan tot gezond eten. Traditionele Oudhollandse spelletjes kregen een gezonde draai: koekhappen werd wortelhappen, spijkerpoepen werd wortelpoepen, en ballen gooien veranderde in wortel gooien door de mond van een levensgroot konijn. Deze vrolijke en interactieve spellen maakten een groot succes van het Wortelbos. Opvallend was dat 90% van de kinderen de wortels met smaak opat, zelfs degenen die normaal gesproken zeggen niet dol te zijn op deze knapperige groente. Ouders keken verrast toe hoe hun kinderen enthousiast deelnamen aan de spellen en hun portie gezonde snacks verorberden. Voor kinderen die minder geneigd waren om de wortels zelf op te eten, was er een andere leuke optie: de wortels werden dankbaar geaccepteerd door de dieren op het evenement, wat zorgde voor nog meer interactie en plezier. De Opmeerse Landbouwshow heeft wederom bewezen een plek te zijn waar traditie en vernieuwing hand in hand gaan. Het Wortelbos was een van de vele hoogtepunten die deze dag tot een onvergetelijke ervaring maakten. De combinatie van educatie en amusement viel in de smaak bij zowel kinderen als hun ouders en toonde aan dat gezond eten ook leuk kan zijn. Met de succesvolle editie van dit jaar kijken we vol verwachting uit naar de volgende editie van de Landbouwshow. Tot volgend jaar! Deze dag is mede mogelijk gemaakt door de Greenchain. Zet zich in om de krachten in de regio Noord-Holland te bundelen, om zo de innovatiekracht in de agrifoodsector te versterken en het onderwijs en opleidingsaanbod op deze innovaties te laten aansluiten. Lees hier meer over de Greenchain. Omslagfoto: © Mediahuis/Judit de Redelijkheid
5 juli 2024
In een recent rapport gepresenteerd door studenten van Inholland University of Applied Sciences zijn belangrijke inzichten verkregen in de teelt van bloemkool en broccoli. Opdrachtgever van het onderzoek is Vollegrondsgroente.net , hotspot “Data en Toepassingen” in het RIF project Smart Future (Vonk). De opdracht werd uitgevoerd onder begeleiding van de IT Academy West-Friesland . Het onderzoek richtte zich op de correlaties tussen groeicondities en de aanwezigheid van de koolgalmug, een veelvoorkomende plaag. Uit de gegevens bleek dat er significante correlaties zijn tussen het aantal koolgalmuggen en omgevingsfactoren zoals dauwpunt, natte bol temperatuur, en de temperatuur gemeten door weerstations van telers die samenwerken in het VollegrondsgroenteSmart.net . Deze correlaties waren het sterkst een dag en drie dagen voor het tellen van de muggen, maar niet significant een week van tevoren. Naast de correlatiestudies omvat het rapport uitgebreide grafieken met maandelijkse gemiddelden van dauwpunt, luchtvochtigheid, neerslag, temperatuur en bladnat per dag, gemeten door veertien sensoren verspreid over verschillende locaties en beheerd door diverse telers.  Deze bevindingen bieden telers waardevolle informatie om de omstandigheden voor de teelt van bloemkool en broccoli te optimaliseren en plaagbestrijding efficiënter aan te pakken. De complete dataset is beschikbaar voor verdere analyse, wat toekomstige onderzoeken naar specifieke variabelen mogelijk maakt. Met deze data kunnen telers gerichter te werk gaan en bijdragen aan een duurzamere en productievere landbouwpraktijk. Smart Future In een tijd waarin de arbeidsmarkt een transformatie ondergaat door megatrends en technologische vooruitgang, staat het onderwijs voor de uitdaging om zich aan te passen aan de veranderende behoeften van de verschillende sectoren. Het RIFmbo project Smart Future (Vonk) neemt deze uitdaging aan door intensief samen te werken met het bedrijfsleven, met als doel studenten voor te bereiden op de eisen van de toekomstige arbeidsmarkt. IT Academy West-Friesland West-Friese bedrijven werken op hbo- en mbo-niveau samen met Inholland en het Horizon College in de IT Academy West-Friesland. Foto en tekst: Erna Steenhuis Foto vlnr: Tim Wilders, Kelvin Osei Akoto Kwarteng, Tim Huijbens, Bartłomiej Michalewicz, Hamza Rehan (Studenten Data Science Inholland)
door duda-wsm 31 mei 2024
Afgelopen woensdag heeft een groep van ongeveer 20 eerste- en tweedejaars VONK-studenten, die worden opgeleid tot akkerbouwer, groente- of fruitteler, een bezoek gebracht aan Vertify. Vertify is een agrarisch onderzoekscentrum in Nederland, gespecialiseerd in praktijkgericht onderzoek. De organisatie stelt proefvelden en onderzoekkassen beschikbaar en stimuleert, faciliteert en organiseert innovatie binnen de tuin- en akkerbouwsector.
Meer posts
Share by: