Blog Layout

Voedsel Verbindt: kwart voedsel uit eigen regio is haalbaar

foodagribusiness.nl • 2 augustus 2022

Carlo Verhart is programmamanager van Voedsel Verbindt

Voedsel Verbindt heeft als doel om een regionaal voedselsysteem in te richten in Flevoland en Noord-Holland. Nu komt zo’n 7% van de voedingsmiddelen uit de regio. In 2030 moet 25% uit de regio komen. “Gelukkig vragen steeds meer consumenten om lokale producten.”


Bron: Jan Engwerda, Redacteur, Foodagribusiness


De Amsterdam Economic Board (AEB) kreeg in 2014 een indringende vraag voorgelegd van de toenmalige burgemeester Eberhard van der Laan. “Kan de stad gevoed worden als de voedselleveringen spaak lopen?”


Om de vraag te beantwoorden liet de AEB onderzoek uitvoeren. De conclusie was dat bij logistieke storingen de voedselzekerheid in het geding is. Veel voedsel komt van ver. De ingrediënten van een gemiddelde maaltijd in Amsterdam hebben samen 30.000 kilometer afgelegd voor ze op het bord belanden. “Daar zijn we erg van geschrokken”, zegt programmamanager Carlo Verhart van de stichting Voedsel Verbindt. De stichting is opgericht in 2019 om het aantal kilometers flink terug te brengen. In de woorden van Verhart: “Voedsel Verbindt heeft als doel om een robuust en regionaal voedselsysteem in te richten.”


Om een regionaal voedselsysteem te realiseren heeft de stichting een groot aantal partijen uit de hele voedselketen bij elkaar gebracht (zie kader). Verhart: “Je hebt veel partijen nodig om het voedselsysteem anders op te zetten. We zijn begonnen in de provincies Noord-Holland en Flevoland. Daar wonen ongeveer 3,3 miljoen mensen. Die eten drie maaltijden per dag. Dat zijn samen 10 miljoen maaltijden en bijna 3,7 miljard maaltijden per jaar. Om die maaltijden een regionale basis te geven is een enorme klus. Wij schatten dat nu zo’n 7% van de voedingsmiddelen uit de regio komt. Dat is binnen een straal van ongeveer 100 kilometer. Ons doel is dat in 2030 25% van het voedsel uit de regio komt.”


​Voedsel Verbindt wil meer regionale voeding

Voedsel Verbindt is een platform waar 34 partijen bij zijn aangesloten. Het doel is om in de regio Noord-Holland/Flevoland een duurzaam voedselsysteem op te zetten voor de 3,3 miljoen mensen die daar wonen. In 2030 moet 25% van alle voedingsmiddelen uit de regio komen. Nu is dat 7%. Voedsel Verbindt is een initiatief van de provincie Flevoland, provincie Noord-Holland, gemeente Zaanstad en Rabobank, gemeente Almere, gemeente Purmerend, LTO Noord, Greenport Noord-Holland Noord, Foodcouncil MRA, InHolland, VU Amsterdam, Amsterdam Green Campus, Meerlanden, Amsterdam Institute for Advanced Metropolitan Solutions, Hogeschool van Amsterdam, Aeres Hogeschool, Anmec, het Slow Food Youth Network, Cono Kaasmakers, VHC Jongens BV en Flevofood.


Grote rol


De consument speelt een grote rol in het regionaal maken van het voedselsysteem. Die moet zich meer bewust worden waar het voedsel is geproduceerd, vindt Verhart. “We richten ons ook op het bewust maken van de consument. Als mensen de moeite nemen om op het etiket te kijken waar het voedingsmiddel is geproduceerd en dan een bewuste keuze maken, dan is er al veel gewonnen. Gelukkig vragen steeds meer consumenten om lokale producten. We zien dan ook dat supermarkten de omslag maken naar meer verse lokale producten.”


Verhart denkt dat die trend de laatste twee jaar is versterkt. “Door de coronapandemie in 2020 werden mensen teruggeworpen op hun eigen sociale omgeving. Het leidde tot meer saamhorigheid. Je zag dat de verkopen toenamen bij bakkerijen, groenteboeren, slagerijen en boerderijwinkels. De oorlog in Oekraïne, die begon in februari 2022, versterkte het gevoel van angst bij mensen. Ineens is de zonnebloemolie op rantsoen door de oorlog. Mensen zijn door de coronacrisis en de oorlog anders naar de voedselvoorziening gaan kijken.”


'We richten ons niet alleen op de consument. Ook de horeca is een doelgroep'


Consumenten zijn een belangrijke factor in het realiseren van een regionale voedselvoorziening. Volgens Verhart volgen supermarkten de keuzes van consumenten. “Maar we richten ons niet alleen op de consument. Ook de horeca is een doelgroep. Chef-koks willen graag een verhaal vertellen over het menu dat ze mensen aanbieden. Het gebruik van lokale producten spreekt de bezoekers aan. Ook zien we de trend dat bedrijven steeds meer maatschappelijk verantwoord willen ondernemen. Daar hoort bij dat hun medewerkers in het bedrijfsrestaurant verantwoord kunnen eten. Dat stimuleert de cateringbedrijven weer om lokale producten aan te bieden in bedrijfsrestaurants. En dat alles stimuleert mensen weer om meer te kiezen voor lokale producten. Deze trends versterken elkaar.”


Erg efficiënt


Het voedselsysteem in Nederland is zeer efficiënt opgezet. Consumenten hebben een grote keuze uit voedingsmiddelen in de winkels voor een betaalbare prijs. Veel voedingsmiddelen hebben echter een flinke afstand afgelegd voor ze in de schappen liggen. Kan een regionaal voedselsysteem net zo efficiënt worden opgezet?


Om het voedselsysteem regionaler te maken zijn twee vragen belangrijk. In hoeverre kan de regio de benodigde ingrediënten voortbrengen voor een gezonde en gevarieerde voeding? En de tweede vraag is of de regio dat in hoeveelheden kan doen die nodig zijn om 3,3 miljoen mensen te voeden. In het werkgebied van Voedsel Verbindt is daar onderzoek naar gedaan. Verhart: “Het uitgangspunt is de schijf van vijf van het Voedingscentrum. We hebben gekeken of de benodigde nutriënten voor de schijf van vijf in de regio geproduceerd kunnen worden. Het blijkt dat Noord-Holland en Flevoland voor 95% alle ingrediënten kunnen voortbrengen die nodig zijn voor een gezonde dagelijkse voeding. Wat ontbreekt zijn bepaalde noten, zaden en oliën die in onze regio nog niet geteeld kunnen worden.”


"Mensen moeten wel meer gaan eten wat het seizoen voortbrengt"


Dan is er nog de vraag of de regio de benodigde hoeveelheid gezonde voeding kan produceren. Verhart: “Dat onderzoek starten we in september. Ik denk dat we een heel eind komen. Nederland is gelegen in een vruchtbare rivierdelta. Zo’n 80% van alle primaire productie in Nederland wordt geëxporteerd. Ik denk dat Noord-Holland en Flevoland voldoende zelfvoorzienend zouden kunnen worden. Maar dan moeten mensen wel meer gaan eten wat het seizoen voortbrengt. Dat betekent dat het menu in de winter wat eenzijdiger wordt, omdat er dan minder gewassen groeien. Natuurlijk zullen voedingsmiddelen als koffie, cacao en tropische vruchten ingevoerd moeten worden. Maar stel dat uit het onderzoek komt dat de regio te weinig van bepaalde producten teelt, dan kunnen boeren daarop inspelen.”


Schaalgrootte


Dat het werkgebied van Voedsel Verbindt een grote mate van zelfvoorzienendheid kan bereiken, werd nog eens onderstreept door een onderzoek van de onderwijsinstelling ROC, zegt Verhart. “We hadden de koks in opleiding gevraagd een gezonde drie-gangen-maaltijd te bereiden waarbij de ingrediënten samen maximaal 500 kilometer hebben afgelegd. Dat is ze gelukt. Het is 498 kilometer geworden. Dat sterkt mijn vermoeden dat de regio een heel eind zelfvoorzienend kan worden in de voedselvoorziening.”


Volgens Verhart is schaalgrootte nodig om een regionaal voedselsysteem levensvatbaar te maken. “Je hebt minstens 20% lokale producten nodig in het voedselsysteem om voldoende schaalgrootte te hebben. Dan kun je vooral besparen op de logistieke kosten en wordt een regionale voedselvoorziening betaalbaar. Een te kleine schaal maakt de logistiek erg duur. Om daarop in te spelen onderzoeken we de mogelijkheid om een aantal foodhubs op te zetten in Purmerend, Almere en de Haarlemmermeer om van daaruit Amsterdam te beleveren met regionale producten.”


Om de voortgang te meten zet Voedsel Verbindt het Data Value Center Agri & Food op. Daar worden gegevens verzameld over de regionale voedselvoorziening. Volgens Verhart krijgen de bedrijven zo beter inzicht in vraag en aanbod van voedingsmiddelen. “Het datacenter zorgt er voor dat vraag en aanbod beter op elkaar worden afgestemd. En het datacenter geeft ons de mogelijkheid om regelmatig te evalueren in hoeverre we van die 7% naar die 25% zelfvoorzienendheid gaan.”


Nieuws AGRIVIZIER

Wortelhappen © Foto Mediahuis/Judit de Redelijkheid
7 augustus 2024
Afgelopen maandag was de gemeente Opmeer opnieuw het bruisende middelpunt van de jaarlijkse Landbouwshow Opmeer. Op het uitgestrekte terrein van sportcomplex De Weyver werd voor de 113e keer een levendige mix van paardensport, veekeuringen en bijzondere shows gepresenteerd. Dit grootste agrarische evenement van Noord-Holland staat bekend als dé ontmoetingsdag voor professionals, bedrijven en particulieren. Dit jaar trok het debuut van het 'Wortelbos' de aandacht van jong en oud. Het Wortelbos, een innovatief concept ontwikkeld en uitgevoerd door Annick Vrolijk voor de Provincie Noord-Holland en Greenport Noord-Holland Noord, zette kinderen op een speelse manier aan tot gezond eten. Traditionele Oudhollandse spelletjes kregen een gezonde draai: koekhappen werd wortelhappen, spijkerpoepen werd wortelpoepen, en ballen gooien veranderde in wortel gooien door de mond van een levensgroot konijn. Deze vrolijke en interactieve spellen maakten een groot succes van het Wortelbos. Opvallend was dat 90% van de kinderen de wortels met smaak opat, zelfs degenen die normaal gesproken zeggen niet dol te zijn op deze knapperige groente. Ouders keken verrast toe hoe hun kinderen enthousiast deelnamen aan de spellen en hun portie gezonde snacks verorberden. Voor kinderen die minder geneigd waren om de wortels zelf op te eten, was er een andere leuke optie: de wortels werden dankbaar geaccepteerd door de dieren op het evenement, wat zorgde voor nog meer interactie en plezier. De Opmeerse Landbouwshow heeft wederom bewezen een plek te zijn waar traditie en vernieuwing hand in hand gaan. Het Wortelbos was een van de vele hoogtepunten die deze dag tot een onvergetelijke ervaring maakten. De combinatie van educatie en amusement viel in de smaak bij zowel kinderen als hun ouders en toonde aan dat gezond eten ook leuk kan zijn. Met de succesvolle editie van dit jaar kijken we vol verwachting uit naar de volgende editie van de Landbouwshow. Tot volgend jaar! Deze dag is mede mogelijk gemaakt door de Greenchain. Zet zich in om de krachten in de regio Noord-Holland te bundelen, om zo de innovatiekracht in de agrifoodsector te versterken en het onderwijs en opleidingsaanbod op deze innovaties te laten aansluiten. Lees hier meer over de Greenchain. Omslagfoto: © Mediahuis/Judit de Redelijkheid
5 juli 2024
In een recent rapport gepresenteerd door studenten van Inholland University of Applied Sciences zijn belangrijke inzichten verkregen in de teelt van bloemkool en broccoli. Opdrachtgever van het onderzoek is Vollegrondsgroente.net , hotspot “Data en Toepassingen” in het RIF project Smart Future (Vonk). De opdracht werd uitgevoerd onder begeleiding van de IT Academy West-Friesland . Het onderzoek richtte zich op de correlaties tussen groeicondities en de aanwezigheid van de koolgalmug, een veelvoorkomende plaag. Uit de gegevens bleek dat er significante correlaties zijn tussen het aantal koolgalmuggen en omgevingsfactoren zoals dauwpunt, natte bol temperatuur, en de temperatuur gemeten door weerstations van telers die samenwerken in het VollegrondsgroenteSmart.net . Deze correlaties waren het sterkst een dag en drie dagen voor het tellen van de muggen, maar niet significant een week van tevoren. Naast de correlatiestudies omvat het rapport uitgebreide grafieken met maandelijkse gemiddelden van dauwpunt, luchtvochtigheid, neerslag, temperatuur en bladnat per dag, gemeten door veertien sensoren verspreid over verschillende locaties en beheerd door diverse telers.  Deze bevindingen bieden telers waardevolle informatie om de omstandigheden voor de teelt van bloemkool en broccoli te optimaliseren en plaagbestrijding efficiënter aan te pakken. De complete dataset is beschikbaar voor verdere analyse, wat toekomstige onderzoeken naar specifieke variabelen mogelijk maakt. Met deze data kunnen telers gerichter te werk gaan en bijdragen aan een duurzamere en productievere landbouwpraktijk. Smart Future In een tijd waarin de arbeidsmarkt een transformatie ondergaat door megatrends en technologische vooruitgang, staat het onderwijs voor de uitdaging om zich aan te passen aan de veranderende behoeften van de verschillende sectoren. Het RIFmbo project Smart Future (Vonk) neemt deze uitdaging aan door intensief samen te werken met het bedrijfsleven, met als doel studenten voor te bereiden op de eisen van de toekomstige arbeidsmarkt. IT Academy West-Friesland West-Friese bedrijven werken op hbo- en mbo-niveau samen met Inholland en het Horizon College in de IT Academy West-Friesland. Foto en tekst: Erna Steenhuis Foto vlnr: Tim Wilders, Kelvin Osei Akoto Kwarteng, Tim Huijbens, Bartłomiej Michalewicz, Hamza Rehan (Studenten Data Science Inholland)
door duda-wsm 31 mei 2024
Afgelopen woensdag heeft een groep van ongeveer 20 eerste- en tweedejaars VONK-studenten, die worden opgeleid tot akkerbouwer, groente- of fruitteler, een bezoek gebracht aan Vertify. Vertify is een agrarisch onderzoekscentrum in Nederland, gespecialiseerd in praktijkgericht onderzoek. De organisatie stelt proefvelden en onderzoekkassen beschikbaar en stimuleert, faciliteert en organiseert innovatie binnen de tuin- en akkerbouwsector.
Meer posts
Share by: